Verschillende werkwijzen voor narcose

Een chirurgische ingreep doen met alleen een plaatselijke verdoving blijft altijd moeilijk omdat de meeste dieren niet rustig blijven zitten op de behandel- of operatietafel.

Bij chirurgische ingrepen bij de hond wordt er eerst een injectie gegeven die uw hond kalmeert. Uw dier wordt rustig maar is zeker niet in slaap. Na een kwartier wordt er met behulp van een infuus een tweede middel rechtstreeks in de bloedbaan toegediend. Na de tweede injectie is uw hond wel volledig onder narcose. Kleine ingrepen kunnen dan worden uitgevoerd.

Bij katten gebruiken we doorgaans een injectie met inslaapmiddel en een pijnstilling. Bij langdurige operaties bij de kat schakelen we over op gasnarcose en een waakinfuus.

Grotere ingreep

Betreft het een grotere, langer durende operatie, dan wordt uw hond verder met zuurstof, isofluraan en een waakinfuus onder narcose gehouden, zolang als het nodig is. Via dit infuus wordt tijdens de operatie steeds vocht toegediend. Dit verbetert de doorbloeding, wat een verhoging van de veiligheid en een verbetering van de genezing geeft. Bijkomend voordeel is dat via ditzelfde infuus pijnstilling en indien nodig medicatie kan worden toegediend.

Zeer kleine huisdieren

Deze doen we onder narcose met enkel zuurstof en isofluraan. Groot voordeel is dat de dieren zeer snel wakker zijn en de veiligheid is groot.

Onze narcose

In Dierenkliniek Lieshout beschikken we over een zeer veilige narcose. In samenwerking met de anesthesioloog van de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht hebben we hiervoor protocollen opgesteld waar wij ons strikt aan houden.